De belangrijkste kenmerken:
Afmetingen: 22x16x4 mm. (exclusief stekker).

Geschikt voor: DCC Digitaal, SX (Selectrix), MM Digitaal (Märklin Motorola) en Mfx Digitaal (Märklin)

Automatische herkenning bedrijfsmodus en ingesteld aantal rijstappen
Rangeerstand en optrek- en remvertraging inschakelbaar
Tot 1,5 Ampère continubelasting en is daardoor ook geschikt voor oudere motoren
Aansturing van gelijkstroom- klokanker- en wisselstroommotoren met permanentmagneet mogelijk.
Variabele geruisloze motoraansturing van 10 tot 50 kHz
Tegen overbelasting beschermd
Lastregeling geheel naar wens aan te passen.
De unieke "Autotune" -functie maakt automatische kalibratie van de decoder op de motor mogelijk.
Aansluiten van een Powerpack is mogelijk.
De decoder herkent zowel de Märklin® remsecties als de ZIMO® HLU / ZACK-commando's of het Lenz® ABC-systeem. Remmen met DCC-remmodules of met DC-spanning is ook mogelijk. Het stopt ook met een Selectrix®-remdiode. Een automatische pendeltrein van ABC maakt automatisch pendelen tussen twee stations mogelijk.
14 functieuitgangen, waarvan 10 versterkt en tot 250 mA belastbaar. Dat zijn AUX1 – AUX8 versterkt + “Licht Vorne” en “Licht Hinten” versterkt en 4 logische uitgangen AUX9 - AUX12.
AUX9 wordt ook gebruikt bij het aansluiten van een optionele Powerpack, dus bij gebruik van een Powerpack is er 1 (logische) functieuitgang minder.
De PluX22 en 21MTC versies hebben 2 extra (logische) functieuitgangen voor het aansluiten van een servo AUX11 en AUX12
Logische uitgangen zijn niet versterkte uitgangen, waaraan nooit direct een verbruiker mag worden aangesloten.
Klik hieronder voor uitleg logische uitgangen:
Uitleg logische uitgangen

Extra informatie MTC21:
Märklin locomotieven met 21MTC interface Veel nieuwe Märklin en Trix locomotieven, maar ook enkele Britse locomotieven houden zich niet aan de normen voor 21MTC interface. 
Deze locomotieven verwachten aan de uitgangen Aux3 en Aux4 een versterkt signaal. 
Bij deze moeten de LokSound 5 decoder MKL gemonteerd worden, hierbij zijn de uitgangen Aux3 en Aux4 versterkt.

Extra uitleg servo:
LokPilot 5 decoders kunnen servo’s aansturen, alle RC – servo’s met positieve impuls kunnen gebruikt worden. 
Wij bevelen digitale servo’s aan , omdat deze niet normaal niet verspringen bij het inschakelen. Vooraleer de servo’s te gebruiken moet de uitgang op functie “Servo” omgeschakeld worden. 
Elke Servo uitgang kan ook als gewone logic uitgang geconfigureerd , of gebruikt worden. Zie Hst 12.5. 
De LokPilot 5 , en de LokPilot 5 micro kunnen de Servo’s impuls geven maar niet de nodige voedingsspanning (normaal 5V) om deze aan te drijven , deze zal afzonderlijk op de adapter-platine moeten voorzien worden. 
Bij de LokSound 5 L en de LokSound 5 XL is deze spanning reeds voorzien.
Voor de Nederlandstalige handleiding klikt u hieronder:
Handleiding LokPilot 5

De grootste verschillen tussen de LokPilot 5 DCC en ESU budget decoder “LokPilot Standard” DCC zijn:
Motorstroom: 1,5A (LokPilot 5) - 0,9A (LokPilot Standard).
Aansluiten optionele Powerpack is bij de “Standard” niet mogelijk.
Motoraansturing 10-50kHz (LokPilot 5) – 20kHz (LokPilot Standard).
Geen autotuning motorinstellingen mogelijk bij de “Standard”
Aantal functieuitgangen: 8 versterkte en 6 logische (LokPilot 5 59619) – 4 versterkte en 2 logische (LokPilot Standard 53614).

Vind u het lastig om een keuze te maken tussen alle ESU decoders? Klik dan hieronder:
Keuzediagram